dinsdag 30 december 2014

Toen de liefde tussen ons begon

We hadden, toen de liefde tussen ons begon, rode en blauwe drukinkt aan onze handen.
Er was teveel lawaai voor lieve woordjes en bovendien waren we in stofjassen gekleed.
Ik werkte op die drukkerij. En jij belde aan, je verschijning was praktisch, ik vroeg wat je deed.
Je kwam net van school (wat waren je ogen prachtig!) en je had je relatie net zien stranden.
 
Als op de drukkerij de machtige Gestetner drukte, dan was dat een lichamelijke sensatie.
Ik voerde, om je te imponeren, de snelheid op, des te dwingender werd de machinecadans.
En bij het ritme van de Heidelberger namen buik en heupen het over: je werkte in trance.
Door de inkt werd je knap vies, ik dacht: ze is een meisje, ik hoop wel dat ik haar terug zie. 

Je bleek een blijvertje, je keerde terug (met je mooie ogen!) en je bent gebleven.
Ik liet je de camera in de Doka zien, binnen brandde stil het rode licht.
Het was donker, jij gloeide, mijn ziel zong en had daar even geen gewicht.
 
Jij liet, drukkersgrap, wel een indruk bij mij achter, jij etste met je naald in mijn hart.
Jij kleurde het hele spectrum: kobaltblauw, indigo, cyclaam - je kleurde zelfs het zwart.
Het stampende, stuwende ritme van de persen stuurde mij de liefde van m'n leven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten