Ze stonden
er de hele nacht, tegen elkaar,
in de regen,
de kou en de wind op het balkon.
Toen begon
het te sneeuwen en stonden ze
daar met
een witte jas en een witte hoed,
te kleumen,
buiten in de kou.
Een vriend
kwam langs, we keken door
het raam de
situatie aan. We moesten iets,
we voelden
een drang, we wilden tot aktie overgaan.
We hebben
toen de flesjes in huis genomen,
alle zes en
verdeeld onder ons twee.
We keken
elkaar tevreden aan:
we hadden
zes bierflesjes gered.
Er stonden nu
zes lege bierflesjes
in de regen en kou
op het balkon.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten