zondag 27 april 2014

De prei

Je stond daar met een schoffel en in je oude kloffie.
En voor je lagen eindeloze preienrijen.
Het onkruid dat moest weg, vandaag.
En was je aan het eind, of eigenlijk het begin,
want je werkte achterwaarts, dan begon je weer
van achteren af aan, je hand die stond in brand. 

Je had ze nog geplant of misschien wel gepoot,
er was een onderscheid, je was het even kwijt.
Elk gat in de grond, daar moest een zaailing in.
Ze stonden krat op krat gestapeld op het erf al klaar. 

De oogst, tot slot, was weer een aanslag op je rug.
Met greep of riek wipte je de preien uit hun bed.
Je plukte blad eraf en sneed wat in het groen, op maat
voor in het krat. Je handen kreeg je nooit meer schoon.
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten