zondag 29 juni 2025

Dichter bij - poëziefestival Mimik, Deventer


Vroeger, beste jonge lezertjes, had Deventer de eerste zaterdag van augustus, een poëziefestival van jewelste, poëziefestival Het Tuinfeest Elke dichter van naam, van belang, kwam er. Noem een naam, en zij of hij trad op. Maar dat was dus in de jaren negentig, de jaren nul, tot en met 2019. Toen was het afgelopen, voorbij. Toen waren de tuinen rondom Theater, restaurant Bouwkunde leeg, het eerste weekend van augustus. Er klonken geen dichters meer in de Archieftuin, de Iordestuin, Athenaeumtuin de Fevieztuin en het Klooster. Ach, wat een tijden waren dat, waar je zo Joost Zwagerman, Rob Schouten, Robert Anker, Gerrit Komrij, Simon Vinkenoog, Wim Brands, Judith Herzberg of Menno Wigman kon aanspreken.

Bouwkunde stopte met het Tuinfeest, en het nieuwe theater, Mimik, dat kon en wilde het niet organiseren in die opzet in die vorm: het is een boel (vrijwilligers-) werk. De teloorgang van een fijn poëziefestival, helaas.

Maar Mimik kwam toch met een eigen poëziefestival: Dichter Bij (woordspeling), op het terras (gratis) en binnen in de zaal (betaald). Wij waren alleen, het was 27 graden, buiten, en niet binnen. Waarom zouden we ook: want de dichters die binnen optreden, waren dezelfde die we buiten hoorden. En het programma kwam me wel wat bekend voor: Martin Rombouts en Ingmar Heytze hadden nog tijdens afgelopen Boekenweek in Deventer opgetreden en sindsdien geen nieuw werk uitgebracht.

We zaten lekker op het rookvrije terras van Mimik, maar toch, luisteren naar een dichter door een Sennheisser koptelefoon, bungelend aan mijn oren, zodat je in je eigen cocon zit, is niet mijn idee van festival, beetje anoniem. Bovendien, het langsrijdende gemotoriseerde verkeer was toch een behoorlijke stoorzender. En hoe attractief is het om te kijken naar een dichter die bovenop een toren of op een muur zijn gedichten voordraagt? Het wordt allemaal zo, uh, contactloos. (En het is bepaald niet dichterbij). Asfaltfeeën met Ingmar Heytze speelden wel gewoon op het terras, maar de parasols stonden hinderlijk in de weg voor het podium. Mooi gedicht trouwens, dat Orgelboek/Achter de schutting/Vliegerman (muziek: Coney Island Baby, Lou Reed).

We zagen en hoorden Abdelkader Benali en Erik Jan Harmens nog hun gedichten lezen, dronken nog een drankje en kochten het boek ‘Wat het landschap denkt’, dreamscapes in woord en beeld. Fotografie Pieter Leeflang, Wibo Kosters gedichten.

Terwijl we naar huis fietsen, denk ik aan wat Ingmar Heytze zei: ‘Poëzie, je mag er van alles bij denken en voelen, en het is nooit fout.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten