Vanmiddag las ik de dichtbundel
Things you may find hidden in my ear, van de Palestijnse dichter Mosab
Abu Toha. De bundel kost euro 18,95 en is (nog) niet vertaald in het Nederlands.
Maar Mosab Abu Toha maakt het zijn lezers niet moeilijk: de bundel is in een
zeer toegankelijk Engels geschreven, het woordenboek kan in de kast blijven /
hoeft niet aangeklikt te worden.
Ik had nog nooit van de
dichter Mosab Abu Toha gehoord, dus de aanschaf van de bundel was een beetje
een gok, maar teleurgesteld ben ik niet. Ik hoorde verleden week voor het eerst
van Mosab Abu Toha. En dat was niet vanwege zijn dichtbundel, maar hij was in
het nieuws omdat hij in Amerika de Pulitzer Prize had gewonnen, vanwege
zijn essays over het lijden en het leed van de Palestijnen in Gaza in The
New Yorker.
Die essays waren mij
onbekend, ik heb ze niet gelezen, ik weet niet of The New Yorker hier
bij de Bruna ligt, (digitaal zullen ze vast wel te vinden zijn). Maar mijn
interesse werd gewekt bij de vermelding dat Mosab Abu Toha ook dichter is.
Vandaar mijn aanschaf van zijn bundel. En daar gaat dit stukje dan ook over –
tot het eind dan, komt er nog een kleine wending.
De voorkant van de bundel is
een treffende foto, gemaakt door Mosab zelf: een gat in een muur, veroorzaakt
door een bom, gok ik, in de vorm van een schedel. De dood is al aanwezig,
kondigt zich al aan op de cover. (En gaat binnen verder, ik verklap het maar
alvast).
Het is niet wat je noemt, qua
thematiek, een gevarieerde dichtbundel, want op elke bladzijde is het Gaza
hier, Gaza daar. En het is ook geen gezellige bundel. Mosab opent met een ‘alfabet’.
En elke letter is hier grimmig, pijnlijk en zwart. Leerzaam is het wel, je komt steeds meer te weten over de geschiedenis van Gaza.
Het is geen bundel die je
onberoerd laat, op elke bladzijde spat de ellende in je gezicht. Er zijn de
jeugdherinneringen van Mosab Abu Toha: ‘I hated death, but I hated Life too.
/ I go tot he cemetry every day.
Things you may is een kloeke bundel, dik, maar dat komt niet alleen
door de gedichten. Achterin staat een interview van 24 bladzijden. En er is een
klein fotokatern met onderschriften / gedichten

De schelpen zijn gevuld,
vol met het geruis van de golven
Onze voeten rennen over
het strand
En dan die verhalen die
grootvader ons vertelde
Er was hier geen plaats
voor het gebrom van een drone
De gedichten zijn allemaal
inkijkjes in het leven van alledag in Gaza: dood, geweld, pijn, puin, water en elektriciteit,
het gebrek daaraan, explosies, bloed, verlies, verdriet. De gedichten zijn niet
moeilijk, Gaza is dat wel, hard en bitter.
We love what we have, no
matter how little
Because if we don’t,
everything will be gone
If we don’t, we will no
longer exist
Since there will be
nothing there for us.
(fragment van bladzijde 49)
Maar
Tragisch allemaal, maar er is
ook Substack, en daar las ik
Tsja. Ik weet niet of ik die
bundel Things you may find hidden in my ear, nog een keer ga lezen, of aanraden, na
het lezen van deze rare taal, laat verder ook maar liever zitten eigenlijk.