Ondertussen
me vertwijfeld afvragend: wat moet ik
met zo'n ding -
De dag erna,
liever geen god in huis, in de tuin gezet,
met z'n tevreden
grijns, gevouwen handjes en tevreden buik.
In een
donker en niet erg in het oog springend hoekje.
Geen omkijken
meer naar. Iedereen blij, inclusief Boeddha.
De dag
erna, ik loop de tuin in, zit meneer ineens twee meter
verderop in
het zonnetje, met die tevreden grijns van 'm.
Ik denk,
weer vertwijfeld: gast, ik geloof jou niet,
hoe heb je
dit voor mekaar gekregen?
De
werkelijkheid bleek wat prozaïscher,
mijn vrouw
had nieuwe bollen gepoot.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten