Mijn moeder wiegt een pop in
haar armen.
Het is een aap van pluche die
geluiden maakt.
Ze wiegt, ze kletst, ze spreekt
hem sussend toe
in zijn poppenwagen, ze stopt
hem in.
Mijn moeder weet het niet, ze
is dement.
De pop is haar kind, haar
baby haar houvast.
De aap draait zijn repertoire
mechanisch af.
En ik die al zestig jaar haar
zoon ben,
Zie haar nu wreed die koude nacht in gaan.
Therapeutisch opgeboekt, dat
scheelt weer.
De aap kirt, flirt, lonkt, koert,
kronkelt en zingt,
En mijn moeder tuint er
helemaal in.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten