Zijn tijd was bijna om, zijn
leven had een eind, maar wat hem betreft
kwam dat veel te vroeg, hij
had nog plannen, hij wilde nog zoveel,
en bovendien, het einde leek
hem eng, hij had daarom een vraag:
wat kost het eeuwig leven,
wat is het kostenplaatje van de onsterflijkheid?
Wat is er medisch mogelijk,
welk medicijn is legaal, en zo niet, wat kost
het op de zwarte markt? Van
welke experimentele behandeling wordt
veel verwacht? Hij verloor
zichzelf in de krochten van het internet,
alles kwam voorbij in een
stroom aan door elkaar gehusselde informatie:
stamcellen,
orgaantransplantaties, genetische codes, DNA-opslag –
hij had een onbegrensd
vertrouwen in de techniek en de toekomst,
zelfs dat artikel over de
implantatie van een microprocessor in zijn schedel,
zodat hij zijn brein kon
uploaden, las hij met belangstelling.
Zijn leven als code, opnieuw
versleuteld,
dat leek hem een goede
ontsnappingsroute, zijn geest gescheiden
van zijn stoffelijke zelf,
zijn lichaam zogezegd, zou dan overbodig zijn,
een achter te laten last. dan
was het einde niet de dood,
maar een oplosbaar probleem.
Lichaamloos, met zijn geest
in de Cloud, zou hij voortleven. Ergens,
ontastbaar, zwevend over de
wateren, door de eeuwen.
Hoe vertelde hij het zijn
vrouw, hoe legde hij dat nieuwe leven uit,
zijn gooi naar de eeuwigheid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten