donderdag 25 januari 2018

Jan Wiegersstraat, Hengelo

Daar sta je voor je oude huis, je dacht, je neemt als vanouds de lift,
en stapt op de zesde verdieping er weer uit. Maar je kunt er niet meer in.
Het portiek is dichtgetimmerd, er is hekwerk, gewoond wordt er niet meer.
De lift, je hebt er ooit in vastgezeten. Herinneringen:
vrienden, meisjes, avonden, drank –  het is er allemaal.
Je leven speelde zich hier toen af. Je las,
en je schreef avonden lang – je hebt het allemaal bewaard.
Er was een intercom, een zoemer, je naam op de muur, meer sporen
heb je hier niet achter gelaten. Je schildering op het behang, is door
de witkwast vast verdwenen. Het uitzicht zegt je weinig, er bleek een park
met een vijver, maar je had geen idee. Je had jezelf en het huis,
aan uitzicht deed je niet, je hield de wereld overzichtelijk beperkt:
de supermarkt en fietsroutes naar school, stage, kroeg en station.
Daar ben je ooit nog aangereden door een auto die van links kwam,
de straatnamen herken je je, maar aanwijzen op de kaart kun je ze niet.
Je oude huis, het kon wel ‘ns gesloopt gaan worden,
gewoond wordt er niet meer. Je hebt hier niets te zoeken.

dinsdag 9 januari 2018

Natuurgedicht bij Hoogwater

De zomerdijk is niet meer te zien, de watervlakte is nu oneindig.
Het prikkeldraad daalt af in de rivier en komt ginds weer boven.
De boerderij is niet meer bereikbaar via de weg. Het water klotst
over de bermen. De eenden proberen het dunne ijs, de zon weerkaatst,
de schittering van het water knijpt je ogen toe. De ganzen kluiten samen
op de helling voor het droge talud. Boven zoeven V- zwermen vogels,
de watervlakte is eindeloos, de  Eben Haezer klieft ongeladen de golven,
stroomopwaarts. De hardloper die daar nu zijn rondje maakt,
zie hem, stipje op de dijk, voelt zich vandaag oneindig klein.

vrijdag 5 januari 2018

Opruiming van illusies

Van de zomer met een gedicht beland in een Deventer bloemlezing.
Hele eer natuurlijk en ook wel leuk: mooi hardcover boek, gebonden,
stevige rug, kleurenfotografie, mooie typografie en dito lay-out. Plus
receptie met expositie, stuk in de krant - alles. Nu, krap vier maand later,
ligt het in de winkel voor de helft van de prijs, een hele stapel nog wel.

donderdag 4 januari 2018

Vloek

 
Je gaf de bedelaar die jou aansprak in de kerk, niets.
Ook al liet hij je de zwaar verkreukelde, met plakband
bij elkaar gehouden, foto van zijn kinderen zien: streepjestrui,
knuffels en pyjama, paardenstaart, flitslicht, vaal bankstel en
plavuizentafel met asbak. Je vroeg je af: hoe oud zouden ze
nu zijn, en was hij wel hun vader? Je gaf niks. Je draaide je om –
en je hoorde hoe hij zijn vloek over je uitsprak: je verstond
het niet, maar je hoorde wel een sissend ‘mort, mort’, mort’.
Je ging naar de uitgang van de kerk. In vloeken geloofde je niet,
effectbejag, bedelaarstruc, maar hier, tussen al die heiligen
op de muren, het plafond, de pilaren en de vloer,
was je daar toch niet helemaal zeker van,
mort, mort, mort’.

maandag 1 januari 2018

Oudjaarsnacht

Als je de sirenes diep in de oudjaarnacht
steeds dichterbij hoort komen, dan tel je snel je kinderen,
drie stuks, goddank, ze zijn er alle drie, en heel,
alles zit er nog aan, voor zover je ziet.
Is er iets met vuurwerk misgegaan?
Je telt rap je vingers na: tien.
Je kijkt naar je huis, staat het dak niet in brand?
Je kijkt om de hoek, is er een relletje,
moet er gepraat of ingegrepen?

Is de hysterica van nummer vier weer bezig?
Wordt er iemand aangerand, belaagd?
Is er een hartstilstand misschien,
moet je met je BHV kennis aan de gang,
moet er een drukverband gelegd
en bloed worden weggepoetst?
Gleed er een auto van de weg,
is er sprake van een valpartij
met kleerscheuren en lichamelijk letsel?
Ligt er iemand in de koude vaart?
Komt de drank er met de oliebollen uit?
De sirenes verplaatsen zich langzaam
dieper de Oudjaarsnacht in, ver van jou.