Ze
dronk een blikje Red Bull als
ontbijt.
Ze
was erg dun maar ze was ook erg aardig.
Ze
had geen last van een ochtendhumeur.
Het
was haar gewoonte, dat blikje Red Bull.
Ik
zou er nog meer leren kennen.
Ze
peuterde mijn ooghoeken schoon,
Ze
bakte pannenkoeken, voor mij dan,
zij
had genoeg aan haar blikje energydrank.
Zij
begon altijd d’r haar woest te fatsoeneren:
elastiekje
los, krabben, woelen, harken, buigen
en
zwaaien, borstelen en weer bij mekaar binden.
En
dat alles zonder spiegel, maar met grijns naar mij.
Ze
had zo d’r gewoontes, kwam je liever niet tussen.
Ze
hield een kasboek bij, ze sliep zonder kussen.
Ze
speelde piano, orgel en harmonium, d’r vingers
stonden
er helemaal naar. Ook schilderde ze.
Maar
exposeren deed ze niet,
alleen
ik mocht haar doeken zien.
Ze
had ook geacteerd in een film. Maar daar was
het
bij gebleven. En ze was te horen in
een
koortje op een plaat. Haar cv was divers.
Ze
had altijd grootse plannen, met veel verhalen
daarover,
maar daar bleef het ook altijd bij. Iedereen
wist
dat inmiddels wel, dat het enkel woorden waren,
en
dat het bij die plannen zou blijven, maar zij geloofde
er
nog in, tegen de klippen op. Ze zou eens –
Ze
zou eens, wacht maar, ze moest eerst nog dit….
wacht
nog even, ze moest nog eerst dat…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten