woensdag 10 februari 2016

Er is een boom geveld in het Worpplantsoen


Er is een boom geveld in het Worpplantsoen,
Het was een beuk van twee honderd jaren.
Hij stond daar niemand in de weg.
Hij had de IJssel zien wassen, hij had de stad
zien opgroeien. Hij had Napoleon gezien,
hij had de oorlogen gezien. Hij groeide door.
Zijn bladeren ruisten niet in zijn val.
Het was een wintermorgen, het was alleen de stam
en de kale takken, het was een doffe klap.
Hij is geveld, hij had zich niet verweerd, hij was alleen
tegen die motorzaag die woensdagmorgen.

Zijn lot was van tevoren op de kaart aangegeven.
Er is een rode beuk geveld, er is een traan geweld:
degene die het beulswerk heeft verricht,
heeft zijn motorzaag in de verkeerde bast gezet.
De beuk ligt nu in parten, in stukken verminkt,
klaar voor transport, het motorgeweld loeide maar kort.
Er is vandaag een beuk vermoord.

Het was een foutje, niet zo bedoeld.
Neem het de ambtenaar niet al te kwalijk,
hij ziet in de toetsen geen verschil
tussen beuk of eik, tussen ziek en gezond.
Hij heeft vandaag, net voor de koffie,
een beuk geveld in het Worpplantsoen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten