donderdag 18 september 2025

Gedicht gelezen in Moskou, goed voor 7 jaar opsluiting

Dit is een gedicht dat goed is voor 7 (zeven) jaar cel in Rusland.
Dit is het anti-oorlog gedicht van Artyom Kamardin dat hij voordroeg in Moskou, bij het standbeeld van Majakovski
Dit is het gedicht dat protesteert tegen de Russische invasie van Oekraine. 
En dit is dus wat er dan gebeurt: er komt een inval in het appartement van Artyom Kamardin en zijn vrouw, en wordt hij gearresteerd en berecht wegens het aanzetten tot haat en het oproepen tot activiteiten die de staatsveiligheid bedreigen. En wordt 
Artyom Kamardin dus veroordeeld tot 7 jaar opsluiting.

(We hebben het over gedichten, ik zeg het er maar bij).

 

Kill me, militiaman!
Cops will buy you a gun with money from the budget.
Kill me, militiaman!
Become the whipping hand.
After all, I’m not a person! Shit runs in my blood!
Kill me, militiaman!
Become the scourge of God!
After all, I’m not a patriot…or maybe I’m just not good enough.
Why do you need a reason? Fuck it! You don’t need one!
Kill me, militiaman!
Come on!
Kill me, militiaman!
You’ve already tasted blood!
You’ve seen how battle-ready brothers
Dig mass graves for the brotherly masses.
You’ll turn on the television—you’ll lose it,
Self-control has never been your strong suit.
At least you have plenty of other strong suits.
Kill me, volunteer!
Shoot the white ravens.
Avenge the crucified boy!
Save the Motherland from me!
Become a hero!
Kill me, volunteer!
Your president will be very happy with you.
Tear me to shreds!
Stomp me into the dirt!
The buds of the Russian Spring have bloomed!
Hurry up! Kill me, scum!
After all, you want it so badly…
See, while you were fighting for Donbas,
I fucked your daughters,
I sold spice to your three-year old son.

Artyom Kamardin-

 


zondag 14 september 2025

Bericht van Mila, de afwezigheidsassistente van Michiel

‘Ik ben de afwezigheidsassistente van Michiel.
 Michiel kan nu even geen gedicht leveren op dit blog,
vandaar dat u het nu even moet doen met mij. Michiel
vaart op dit moment op de Kagerplassen in een roeibootje.
Tenminste, dat bericht liet hij achter voor mij: ’Mila, als je
dit leest, dan vaar ik op de Kagerplassen in een roeibootje.
Met mijn vader en onze hond Barra, een langharige Schotse Collie.’
‘Hij weet niet wanneer, o, sorry, dit ben ik weer, Mila,
de afwezigheidsassistente van Michiels blog, hij weet niet
wanneer hij weer terug is en een gedicht levert.
Hij heeft nog wel een appje gestuurd. Ik citeer het: ’Mila
De roeispanen maken wakken in het kroos. En Barra
zag een stel eenden binnen zijn jachtbereik, zag de groene
vlakte, berekende zijn kansen, of juist niet,
dat heb je met instinct, en had kennelijk de kroosvlakte
voor vast grasland aangezien- en was daarop gesprongen.
Hij ging kopje onder. Waarschijnlijk tot zijn eigen
onbegrip en verbijstering.
Daarna moest het dier weer aan boord gehesen,
vol van druipende natte vacht en kroos.’
‘Dus, Mila,’ besloot het appje, 'je begrijpt, tot gedicht
leidt het niet, maar ik vermoed dat het beeld van die hond,
die, poten op de rand, naar eenden blaft, die uit de boot,
op dat kroos stapt, mij wel een tijdje bij zal blijven.’

 

 (Eerder geplaatst op dit blog, dus op herhaling wegens vakantie)

Het gedicht dat niet wilde lukken

 

In de super zag je haar, in het zwart gekleed
stond ze daar bij de groente. Op haar tas las je
een rijtje filosofen: Adorno, Foucault, Holmes
en nog zo wat. Mevrouw was niet van de straat.

Buiten barste een onweer los. Je schuilde in
een portiek waar net een man een vuurtje
gaf aan een vrouw. Uit de cafetaria ernaast
klonk operamuziek. Je schraapte je keel, kuchte
en dacht daarin je vader te horen (van vroeger).

Toen je ooit hoog op een toren stond, dacht je,
dat als je naar beneden zou springen, behoedzaam
van tak tot tak naar beneden gewiegd zou worden.
en heelhuids op de grond gezet: partijtje kierewiet. 

Thuis hadden de buren ruzie, je had de aanleiding,
de inleiding gemist, je viel midden in het geschreeuw
de verwijten, de knallende deur, en ondertussen
zat jij maar met een gedicht dat niet wilde lukken.

 

zondag 7 september 2025

Dagje snelweg

 


Na zo’n hele dag op de snelweg
met al die vrachtauto’s, vroeg je je af:
wat zou nou de beste naam voor een popgroep zijn, 
je probeerde wat het beste klonk, je probeerde je
de namen op een affiche voor te stellen:
Angles Morts of toch Nur für Lebensmittel

Soms…..

Ik ben bezig in de essaybundel van Dirk van Bastelaere Wwwhhooosshhh

Over poëzie en haar wereldse inbedding.

Niks aan de hand, ik lees wel vaker gedichten, of over gedichten. Maar dan. Dan beland ik ineens op pagina 154. En daar lees ik…

Het is een letterlijk letterlijke betekenisloze gebeurtenis, die helemaal geen mantra is, geen aan pre-antieke rituelen herinnerend (ritmisch) klankpatroon dat enkel om zijn formele schoonheid dient te worden bewonderd, maar een gebeurtenis die subject en betekenis tijdelijk in een eclips plaats. Op het eerste gezicht/niveau een compensatie voor de syntactische fragmentatie bij middel van een klankrepetitie die ongrammaticale proposities aan elkaar breit met een semiotisch stramien, is het eigenlijk een onzinnige gebeurtenis, een paragrammatisch exces, een schizoïde flow, een subjectverdunner, een verontrustende, lichamelijke grom, die op transfrastisch niveau een materiele, lichamelijke, betekenisloze structuur tot stand brengt.
Het is deze structuur die de logica en grammatica van de symbolische orde doet vervloeien, en zo de tekst tot lichaam maakt. Kristeva brengt dit soort verschijnselen in verband met de chora, een begrip dat ze aan de Timaeus van Plato ontleent, en dat een moederlijke, amorfe, recipiënt aanduidt die de taal in haar structuren (woorden, figuren, verbanden) voorafgaat – een smerige, vettige plek, waarvan echo’s nog naklinken in onze stembuigingen, klanken en ritmes. Een lillend, van bloed doortrokken rizoom, dat zijn peesdunne tentakels uitstrekt tot in onze keyboards en ons strottenhoofd en dat lelijk in onze dromen huishoudt. Het is de plek die aan de genotekst ten grondslag ligt en die bijvoorbeeld bij Artaud een bijzonder prominente rol speelt, zo prominent zelfs, dat allerhande glossolalieen die met de chora / genotekst in verband worden gebracht bij hem aan de fenotekst (des)organiseren.


maandag 1 september 2025

Bestemming

Toen hij ’s avonds thuis kwam van zijn werk,
Vond hij een vaatwasser in de gang. In de doos.
Geen berichtje erbij, niets, hij wist van niks.
Op de vensterbank heupwiegde een kerstman,
Hij zette ‘m uit, en zocht naar zijn telefoon,
Wat gebeurde er hier, als hij er niet was, in zijn huis?

Hij boekte een snel een hotel, en startte zijn auto.
Net na de rotonde zag hij in het lamplicht een wolf.
Hij gaf gas, hij moest hier snel vandaan.
In het hotel trof hij in zijn kamer een babybedje,
Een misverstand, of was dit weer een vaag teken?

Naast het hotel bevond zich een lege kapperszaak
Hij zag de rij nutteloze wasbakken, bloedrood droop
De graffiti over de ramen, de buurt was niet best,
Dat verklaarde ook de lage kamerprijs, wist hij. 

Op het Marktplein schreeuwde een zwerfster,
Hij boog al af naar de andere zijde, een terras
Wilde hij, en een glas en rust – en even roken,
Verdwijnen achter een mistgordijn, weg, niet 

Terug naar zijn oude leven waar kerstman
En vaatwasser op hem wachtte – ook doos.
Hij bestelde weer een bier en stak weer
En sigaret op, en blies de rook uit om zich heen. 

De zwerfster hield zich koest, hij hoorde het carillon
Er kwam een rust over hem, de wolf aan het belendende
Tafeltje hief zijn glas, en knipoogde naar hem
Hij wist niet precies wat hij zag, en filmde de boel. 

Misschien moest hij maar weer terug naar huis
Naar werk, of toch eerst maar ‘ns de dokter bellen
Of minder drinken, of een vrouw zoeken, een wending
Geven aan zijn leven: pillen, therapie, een geloof?

Niets wist hij. Hij betaalde het terras, het hotel
En startte zijn auto, hij toetste zijn bestemming in,
Thuis. Hij zou die vaatwasser in de doos laten.
Hij zou die kerstman het zwijgen opleggen