vrijdag 26 december 2025

Strafwerk

Toen ik een keer strafwerk had, moet nablijven, vijfde klas was dat, lagere school, verbleef ik die middag in een leeg lokaal. De klas en de meester waren naar gym, gok ik nu, een gebouw een heel eind vererop.

En ik zat daar, wegens obstinaat gedag of onuitstaanbaarheid, ja dat was ik toen, dat had ik soms. Maar nu zat ik daar, in m’n eentje in dat lege lokaal. En dat strafwerk, dat had ik al af, zoveel moeite was dat niet. Dus, wat nu? Waar kon ik nu mijn tijd mee vullen? Ik zag de kast waarin de meester het boek altijd bewaarde waar hij de klas uit voorlas, aan het eind van de dag, het mooiste moment van de dag, vond ik.

Ik opende de kast, en pakte het boek eruit en nam het mee naar mijn tafeltje. Hier was de boekenlegger, hier was de meester verleden keer gebleven. En ik begon te lezen. Ik las die middag dat boek helemaal uit. Ah, hij had het gedaan, en dat was haar rol. En dit had de lezer nooit kunnen vermoeden. Nu wist ik de afloop, het einde.

Ik zette het boek terug in de kast. Over een kwartier zou de klas en de meester weer terug komen, ik las toen al net zo snel als nu. Maar eigenlijk denk ik dat ik me nu zelf nog een keer straf had bezorgd: de voorleesmomenten in de klas had ik nu voor mezelf helemaal om zeep geholpen..

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten