woensdag 25 januari 2023

Je had weer dezelfde fout gemaakt

Je had weer dezelfde fout gemaakt: je had een expositie bezocht, en toen je weer buiten stond, wist je dat je weer een boel gemist had. Waarom kon je niet gewoon van te voren de catalogus lezen, of een recensie? Even wat voorbereiding. Waarom niet het geduld opgebracht om bij elk kunstwerk het informatiebordje te lezen? En waarom ook niet ‘ns zo’n audioguide gehuurd? Nu stond je buiten en wilde je haast weer naar binnen. Had je maar. Want je wist dat je met kennis een andere tentoonstelling zou zien. Dan wist je waar je kijken moest. Maar meneer moest zo nodig weer op een draf. Gehaast, ongeduldig, je zei het zelf al. Je had gewoon een boel niet gezien. Zonde.Wat was dat nou? Dat je ten onder ging aan je eigen gretigheid, want dat was het, vond je. Je wilde teveel en ook nog ‘ns tegelijk. Maar uiteindelijk leverde dat minder op.

zondag 22 januari 2023

Ik heb nog steeds de anti-klimop

 Als mijn moeder aan het woord is, dan krijg je dit:

 ‘Die is groots, die is oud, die kan niet eens meer een krabbeltje zetten. Ik ben er ook zo, groot, o, wat is dit, dit is een hele lange. Ik zal ‘ns even van die dingen afkloppen, waar ben ik, wat een shotje, is helemaal goed, dat komt heel slecht bij mij uit ‘because I’m living in a world of fools’ eigenlijk wel, o wat goed zeg, mooi en heeft een vlies voor de ogen. Als Advent-kind, enorme kaduuk, hup, hier komt ie, deze is helemaal ongelofelijk, de stop moet je er ook instoppen, zij is zo bang voor alles, naar beneden, ze zijn allebei kapot, okay, dan moet je op het bovenste stulpje van je brandweer, helemaal te gek voor grootmoeder, ze gaat er zo helemaal aan vast, en dan ben je daar en dan heb je de noodzaak om te gillen, ik ga dat goed uitlekken, ik wil een stukje van de buitenbloem, je houdt ‘m gewoon voor je, bij welke dingen had ik op de grond, alle bossen, waar een waterpoeltje de achterkant had een heel goed programma, een meloentje, op het moment is het na geschopt, ik heb het aan de koning uitgelegd, ik heb ‘m op z’n allerlaagst gezet, punt, gebeurt niet meer.

Dit ding praat groter, dan is het die, er zijn zoveel grote dingen in onze levens, hij gaat sterk onder, je bent hexotheen. Nou ik ben vandaag behoorlijk van de planning, om drie uur was alles weg, alles, meteen. Toen heb ik nog een oefeningetje gegeven, toen was het strekje.

Ik heb nog steeds de anti-klimop. Deze is minstens leeg, je moet ze binnenboord zien te krijgen, niet laten zitten, ach, dan krijg je geen zin bij ons. Waarom zijn die kleine bloedpersjes zo intens? Dit is om te bekleden, de stakkertjes, wat doe je, dat is allemaal bekrapt, krijg ik notabene honderden psalmen achter je. Er zit weer een geelbek bij, om gek te worden, die is vast ook prijshoudend, Mozes en Aaron, misschien heeft hij dit al opgemaakt bij die rozende kapellen. Ik weet nog dat ik zo blij was om hondenleer te geven, de arbaters. Jullie hebben wel de grote lijnen getrokken voor de herberen. Zo, wat maak jij ervan, ik zou zeggen 8 kwadraat of 8 komma 5. Ik had altijd het idee dat ik zelf mijn handen in het orkest ging met tulpen, dan moest ik hier het frotje lijken te doen. Ik heb ze gezien, ze lagen allemaal op hun eigen kogel, heel bijzonder. Kijk, zo knappen ze zich op. Ik heb daar getreuzeld, als hij verder gaat in de telefonie, heeft hij zijn hoofd omgespit, met al die spullen erin. Het is juist goed dat een theezakje zich beschermt. Ze doen het niet voor mijn zegen, ze laten me gaan. Het moet in het glas vallen, het zit zo in elkaar. Denk maar, goed, ik zou het leren doen, dan ben ik niet bezig met kopen van zware schoenen.

Die uitzonderlijke bedragen beroeren elk hun pakken. Ze doen allemaal hun sloofjes. Ik ontmoette een melkje, niet gek. Als je je hoofd verkeerd op hebt, moet je Cheerio zeggen. Het is goed om te laten worden. Ik moet het maar op de grond gooien en alles gelijk maken voor je. Het is altijd nog mooi als je het weg poetst, dat zei de kokerellen-vrouw. Hij vecht op een heel moeilijke manier, ik ga een klein belletje proberen. Stel dat je gedoopt wordt door een dooploze Californier, je ziet ze wel ‘ns bij ons naar binnen lopen. Ik lees wel eens een Akkerse Kraal, maar dat doe je niet.'

zaterdag 14 januari 2023

Moenaardestraat 12, Watou

Hij was die zomer in dat huis geweest dat helemaal, entree, gang, kamers, overloop, beplakt was met dat pop-art behang, psychedelisch, hip, modern toen. En nu was het een curiositeit. Waar je stil van werd. Er was in de vijf decennia daarna niets aan veranderd. Alles was behouden gebleven zoals het toen geplakt was.  Het was alsof je in een tijdmachine was gestapt, en er weer uit. Die kleuren, die vormen, die draaiingen. Waar vond je nog zoiets. Hoe groot was de kans dat je nog zo’n authentiek Gesammtkunstwerk, totaal gaaf ook nog, aan zou kunnen treffen? Ales was hier zo goed geconserveerd gebleven. Hij had zijn ogen uitgekeken. Hij had zoiets nog nooit eerder gezien, behalve op plaatjes dan. Dit was bijzonder. Alsof je in een andere wereld was gestapt.

Het jaar daarna kwam hij er weer. Hij stapte door de voordeur naar binnen. En alles was weg. Alles was wit geschilderd. Alles.

zaterdag 7 januari 2023

Dirkswoud op herhaling variant 1

Het Dirkwouds Vocaal Ensemble Clara Kwaaer was aan het repeteren voor een optreden in de St. Clarakerk. Er staan enkele werken van Johannes Ockeghem op het programma. ‘Polyfonie vereist wel de nodige oefening’, legde de dirigent Jan Blijsters, in het dagelijks leven verkoopt hij verzekeringen bij Dies Irea, aan de Oosterzij, uit, ‘we doen enkele missen en motetten, in verschillende modi en in canon natuurlijk. Johannes Ockeghem was niet niks, beheerste meesterlijk de techniek van canon. In zijn vierstemmige Missa prolationum, exploiteert hij dat volledig. De meeste bewegingen bevatten een dubbele proportiecanon: hierin zingt de ene stem in een trager metrum dan de andere, zodat de melodie geleidelijk wordt uitgetrokken. In zijn mis gebruikt Ockeghem op die manier simultaan de vier in die tijd bestaande maatsoorten. Maar als u ons nu wilt excuseren, we gaan nu weer verder met het repeteren.’

Op het zelfde moment klinkt er vanachter uit de kerk een stem: ‘Op de herhaling komt het aan, godverdomme, de eeuwig terugkerende repetitie waarin wij niets meer dan ’s Heerens pionnen zijn.’ Het was de stem van de even godvrezende als godslasterende pastoor Engelbertus de Zeeuw. ‘Altijd en eeuwig de eeuwige herhaling. Zodat wij weten wat komen gaat. Dat wij een houvast hebben, een lichtpuntje aan onze donkere horizon. Kerst hebben wij gehad, nu koersen wij op Goede Vrijdag en Pasen. En dan wordt er hier gezongen. Dus. Verlaat u alstublieft mijn kerk, nu. Hier wordt nu gerepeteerd.’

‘Op de herhaling komt het aan’. Dat was het thema dat de VVV van Dirkswoud bedacht had en waar het dorp mee aan de slag was gegaan. In café Amperzat was uitbater Menno Cremer, net in gesprek met taxidermist Johannes Roeleveld. ‘En dan lijkt mij het wel mooi als ze hier links en rechts naast de haard staan, met opgetrokken bovenlip, zodat hun tanden goed te zien zijn.’ Het gesprek stokte bij mijn intrede in het etablissement. Waar ging dit over? Menno Cremer schutterde wat, keek naar beneden en zei toen: ‘Ach, wat kan het mij ook verschelen: Johannes gaat Romulus en Remus opzetten en dan kunnen ze hier hun bestaan in een nieuwe vorm voortzetten.’

Voor de lezers die niet uit Dirkswoud komen: Romulus en Remus was het wolvenkoppel dat sinds de herfst domicilie gekozen had in het Dirkswoud en voor nogal wat ophef had gezorgd, niet in het minst door het doodbijten van tientallen schapen, het bijten van een pony en het brutaalweg sjokken langs de Noorder- en de Oostervaart bij daglicht.

‘Johannes trof ze allebei aan terwijl ze net dood waren, ja allebei. De doodsoorzaak is onduidelijk gebleven, omdat de Landrover van de veearts toevallig net dat weekend met twee lekke banden stond, kon zij niets constateren. Ja, wat doe je daaraan. GroenLinks en D66 kunnen dan wel gaan janken over dit voorval, maar wonen zij in het buitengebied? Ik dacht het niet. Dus nu blijft dit wolvenkoppel toch behouden voor Dirkswoud, als een geschiedeniskiekje. En je kunt dan ook op ze zitten, leuk toch? Herhaling is prima, maar wij doen het hier op onze eigen manier.’

 

donderdag 5 januari 2023

Het was in het nieuwe jaar

Vandaag draaide ik de tijd weer terug: de kerstballen
gingen weer terug in de doos. De piek in bubbeltjes-

plastic. De stal werd ontmanteld: Jezus en zijn familie,

de gipsen wijzen uit het oosten, de hele beestenboel
en hun herders.
Plus nog een engel van keramiek,
allemaal in dezelfde doos.
De snoeren van kerstlampjes
werden, zo goed als mogelijk,
niet ingewikkeld,
weer terug in de verpakking gefrommeld.

En toen en daarna: de boom zelf.

Hup, naar buiten, waar de takkenschaar al naast

de groenbak wachtte. En daar ging de top. En de

langste zijtakken. Kaal werd de boom tot stam,

de zaag er in. Alles paste er bijna in, prima

kerstboom geweest, van begin tot eind. In de mensen

een welbehagen, een wel beha-ha-gen. Vrede

op aarde,  stille nacht, komt
allen tezamen –
daar hoor ik de vuilniswagens al, er is een kindeke
geboren op aard, nu zijt wellekome. Nu even
aanstampen, anders sluit de klep niet, doei Kerst,
klep dicht.